Eigenaar en directeur Teunis van der Heiden van Cheese Services in Veenendaal zag de problemen rond netcongestie al vroeg aankomen en dat de oplossingen niet zomaar voor het oprapen liggen. Bekijk de video of lees het volledige interview met Teunis over hoe hij aan de slag is gegaan met het vinden van oplossingen voor zijn bedrijf.
Van der Heiden Cheese Services rijpt en verpakt kazen voor derden. Dat betekent in praktijk: een pakhuis op industrieterrein Faktorij De Venkel in de gemeente Veenendaal waar 4,5 miljoen kilo kaas in een gecontroleerde atmosfeer ligt te rijpen. Als de kazen eenmaal de juiste leeftijd hebben, verpakt Van der Heiden Cheese Services de kazen voor haar klanten. “Ik ben de tweede generatie ondernemer”, vertelt Teunis van der Heiden. “Mijn vader was boerenzoon, maar het was voor hem niet mogelijk de boerderij over te nemen. De familie bestond uit kaasmakers en hij stapte in die kaashandel. In 2000 kwam ik in de zaak en startten we met robotisering van bepaalde processen en de conditionering van de opslag. In 2004 splitsten we de dienstverleningactiviteiten af van de handelsactiviteiten. Mijn broer heeft nog steeds de kaashandel waarmee mijn vader gestart is, en ik ben als directeur en eigenaar van Cheese Services helemaal in de dienstverlening van rijping, opslag en verpakking voor kaasmakers gegaan.”
Groeiend risico
Energie is voor Van der Heiden Cheese Services zo essentieel als zuurstof voor het hart. De pakhuizen hebben een constante temperatuur en luchtvochtigheid om de kwaliteit van de kazen optimaal te houden en te zorgen voor een optimale rijping op smaak. Daarnaast vragen de gerobotiseerde lijnen stroom, moet het kantoor worden verlicht en verwarmd en volgen computersystemen continu alle bedrijfsprocessen zodat Van der Heiden transparant en betrouwbaar werkt voor zijn opdrachtgevers. Geen wonder dat Teunis al vroeg de impact van netcongestie overzag. “Het eerste moment dat ik doorkreeg wat er op ons af kwam was anderhalf jaar geleden. Ik zag in dat de risico’s groter worden naarmate we meer elektrificeren. Iedere toerist weet: hoe verder je in Europa naar het zuiden gaat, hoe vaker je ziet dat de energie soms een uur of zelfs langer uitvalt omdat het net daar de vraag niet aankan. Die kant gaat het bij ons ook op. Dat is voor ons bedrijf rampzalig omdat het rijpingsproces wordt verstoord als we niet voldoende conditioneren, we essentiële data verliezen als de softwaresystemen uitvallen en achterstanden oplopen als de verpakkingslijnen niet kunnen draaien.”
Belang van de energiescan
Het probleem constateren is de eerste stap. Maar hoe begin je die uitdaging op te pakken? Teunis: “Het allereerste wat iedere ondernemer eigenlijk moet doen is een energiescan uit laten voeren. Daaruit kun je aflezen welke processen energie vragen, op welk moment dat gebeurt en om hoeveel energie het gaat. Onze rijpingshuizen en koelcellen verbruiken bijvoorbeeld 70% van ons energieverbruik van 3 miljoen kwh per jaar. Zodra ik dat weet, kan ik heel precies sturen op ons verbruik. De komende jaren zullen we voornamelijk ‘achter de meter’ sturen. Dat betekent dat we precies in kaart brengen welke energie we gebruiken tijdens bepaalde delen van de dag en software gaan schrijven om te kijken of we op bepaalde momenten van de dag of week machines wat harder of zachter zullen zetten. Bijvoorbeeld de koelcellen tussen 16:00 en 20:00 iets minder hard laten draaien en na 20:00 weer dat verlies van condities inhalen. De voedselveiligheid en kwaliteit blijft gegarandeerd en het verbruiksmoment wordt geoptimaliseerd. Daarnaast kan bijna ieder bedrijf wel energie besparen door te kiezen voor zuinige verlichting op kantoor en die ruimtes beter te isoleren bijvoorbeeld. Dat gold ook voor ons.”
Slapeloze nachten
Teunis beziet met zorg dat de overheid stuurt op massale elektrificatie. “De opkomst van elektrische vrachtwagens en warmtepompen geeft alleen maar meer druk op het net. Dat brengt steeds grotere risico’s van uitval mee waar wij enorm mee in de problemen kunnen komen. Daar heb ik wel slapeloze nachten van.” De overheid stelt geld beschikbaar. Hoe welkom dit ook is, de vraag is of het optimaal wordt besteed. Teunis: “Het gaat vaak naar consultants die mooie rapporten schrijven over de knelpunten en problemen. Zodra de adviezen in praktijk moet worden gebracht, zijn de potjes leeg en staan ondernemers er alleen voor. Wij hebben dit probleem niet gecreëerd, maar mogen het wel oplossen. De kosten van de energietransitie en verduurzaming, de tekortkomingen van de infrastructuur voor onze energie, het wordt allemaal bij de ondernemers neergelegd. De wens van overheid en netbeheerders dat wij aan de knoppen moeten draaien áchter de meter snap ik. Isoleren, besparen en opwekken, dat hoort bij modern ondernemerschap. Maar vóór de meter, de snelheid van aansluiten en verhoging van de netcapaciteit, dat hoort bij de overheid. Dat moeten ze echt op gaan lossen, want wij kunnen daar niks aan doen.”
Van onbegrip naar urgentie
Teunis zag in dat de strijd tegen netcongestie alleen gewonnen kan worden als ondernemers samenwerken. Hij benaderde collega’s op Faktorij de Vendel om samen te werken aan oplossingen en stuitte eerst op onbegrip. “Iedereen dacht dat ik me druk maakte om niets, omdat het licht nu eenmaal nog steeds gewoon elke ochtend aan gaat als je de schakelaar omzet. Inmiddels staan de kranten vol met artikelen over netcongestie en zien we allemaal in dat het een probleem is als je wilt groeien, processen toevoegen of verduurzamen en behoefte krijgt aan een zwaardere aansluiting. Het is daarmee inmiddels een bedreiging voor de toekomst en continuïteit van alle bedrijven. Iedereen ziet daarom het belang in van energiecoöperatie Faktorij de Vendel om samen te inventariseren en investeren. Ook al hebben we nu nog voldoende aan de aansluitingen, we zien allemaal het moment aankomen dat er een tekort ontstaat en willen daar klaar voor zijn.”
4 pijlers
Teunis zet met de energiecoöperatie in op vier pijlers om in te spelen op toekomstige tekorten. “We richten ons op besparen, opwekken, delen en opslaan. De energiescan helpt bedrijven bij het besparen op energie, opwekken kan met zonnepanelen, het delen van energie kan op momenten dat we bijvoorbeeld overcapaciteit hebben handig zijn en opslaan kan via batterijen. Batterijen zouden we gezamenlijk kunnen inkopen om ervoor te zorgen dat we altijd vermogen hebben om op terug te vallen als het net wordt overbelast.”
“De volgende stap die we willen zetten, is een smart energy hub inrichten. Daarin werken we gericht samen aan die pijlers en inventariseren wie wanneer welke behoefte heeft. We kijken met de hub ook welke investeringen we als ondernemers gezamenlijk of met gemeente, provincie en netbeheerder kunnen doen. Ik ben ervan overtuigd dat we met smart sturing achter de meterkast nog veel kunnen winnen. Door bedrijfsprocessen flexibel op- en af te schalen, zoals koelingen, airco’s, laadpalen, warmtepompen en bedrijfsprocessen. We hebben dan software nodig die stuurt om op meer of minder capaciteit te draaien op de gunstige momenten. Dit kost geld om in te regelen en te programmeren. Hiervoor zou vanuit netbeheerders en overheden een vergoeding moeten komen. Want ik ben ervan overtuigd dat we met elkaar op deze manier het probleem netcongestie beheersbaar kunnen houden.”
Innoveren
Ondernemers ondernemen. Vandaar dat Teunis ook nieuwe afslagen zoekt buiten de gebaande paden. “We zitten hier in een gebied met veel agrariërs. Die hebben een uitdaging met stikstof en ammoniak door mest. Daarom kijken we nu gezamenlijk naar mogelijkheden om met mono-vergisting elektriciteit op te wekken. Dan gebruiken we de mest van de boeren om biogassen op te wekken die we als brandstof kunnen gebruiken om elektriciteit te genereren. Een goede oplossing voor de boeren en het milieu en mogelijk een uitkomst voor ons. We zoeken nu uit hoe dat er precies uit zou moeten zien en wat de kosten en opbrengsten zijn. Het is niets voor mij om af te wachten, en de overheid en netbeheerder gaan het niet voor ons oplossen. Wij pakken ons deel op. Hopelijk komen de overheden en netbeheerders ook snel in actie.”
Energiemanager Jaap Hazeleger adviseert Faktorij de Vendel
De overheid voorziet in een energiemanager voor de coöperatie van het bedrijventerrein in Veenendaal. Hij verbindt ondernemers, netbeheerders en overheden tijdens overleggen en adviseert bedrijven op maat.
Jaap: “Het is de grootste uitdaging de blik op zowel het collectief te houden als op de individuele bedrijven. Daarbij moedig ik wel alle ondernemers aan samen te werken, ook als je nog geen problemen hebt met je aansluitcapaciteit, want dit probleem gaat ons allemaal aan. De ondernemers in de coöperatie zien in dat we het probleem van netcongestie samen moeten oppakken. Het delen van beschikbare kennis binnen de ondernemingen is dan ook van cruciaal belang. De één ervaart misschien eerder problemen dan de ander, maar als de stroom op een gegeven moment uitvalt, voelt iedereen dat.”
“Ik ben erg te spreken over de samenwerking in Veenendaal. De ondernemers pionieren door al in een vroeg stadium samen te werken en met elkaar mee te denken in oplossingen voor dit vraagstuk. Iedereen onderzoekt met een individuele energiescan wat ze kunnen doen om hun verbruik te verlagen of af te stemmen en hoe ze hun gebouw en productieproces kunnen verduurzamen. Dat is een ingewikkelde puzzel, want elk bedrijf heeft zijn eigen problemen en prioriteiten. Daarom pleit ik ervoor dat we tot een soort 80/20-regel komen. 80% van de oplossingen die we samen bedenken moet voor elk bedrijf eigenlijk als een soort modules toepasbaar zijn. De resterende 20% is maatwerk. Alleen zo kun je snel met het grootste deel van het pakket opschalen en toch recht doen aan het unieke karakter van elke onderneming.”
- Meer inspirerende ondernemersverhalen
- Alles over netcongestie
- Bekijk de Oplossingsrichtingen
- Het Ondernemersperspectief
- Actueel
Heb jij al actie ondernomen en een inspirerend verhaal voor andere ondernemers over hoe jij netcongestie terugdringt? Neem dan contact met ons op.