‘Ook al dreig je failliet te gaan, je hebt altijd een onderhandelingspositie.’ Die mindset wil Robbert Peek andere ondernemers graag meegeven. Neem daarom de tijd om kritisch naar al je opties te kijken, ook al staat het water je aan te lippen.
Ondernemers steken vaak hun hele ziel en zaligheid in hun bedrijf en denken niet aan stoppen als het even minder gaat. Liever zetten ze een tandje erbij. Robbert begrijpt die instelling heel goed. Hij heeft zelf ook verschillende bedrijven gehad en doorstarts gemaakt. ‘Als je wilt stoppen, wil je je bedrijf natuurlijk zo positief mogelijk beëindigen. Maar de crux zit hier: op een gegeven moment zijn de schulden groter dan de waarde van de activa, het zogenaamde werkkapitaal is dan negatief. Dan krijgt zo’n ondernemer een liquiditeitstekort en moet-ie gaan kiezen: welke schulden ga ik betalen? In de regel blijven ze hun leveranciers betalen en stellen ze hun belastingen uit. Dan houd je natuurlijk wel meer geld in kas, maar in wezen boer je achteruit. Het wordt erger en erger. Tenzij je ineens heel veel winst gaat maken, maar dat is vaak niet het geval.’
Snappen hoe het juridisch werkt
‘Als je schulden groter zijn dan de waarde van je activa, dan heb je een probleem. Dan moet je wat.’ En je kúnt ook wat, is de filosofie van Robbert Peek. ‘Je hoeft de boel echt niet failliet te laten gaan om een doorstart te kunnen maken. Er is ook zoiets als een ‘warme doorstart’ waarbij je je schulden saneert. Het afwikkelen van een faillissement, maar ook een doorstart te maken: het is een vrij juridisch gebeuren’, vertelt Robbert. Dat maakt dat veel mensen er huiverig voor zijn. ‘Het afwikkelen van een faillissement valt onder de faillissementswet, je moet wel een beetje weten hoe dat spelletje werkt.’
Robbert is insolventiespecialist van beroep: hij adviseert bedrijven over de juiste koers als de zaken er slecht voor staan. ‘Distressed mergers and acquisitions’, noemt hij het. ‘Als je bedrijf slecht gaat dan kom je bij de bank terecht bij de afdeling ‘bijzonder beheer’. Die bepaalt vervolgens of ze gaan herstructureren of dat je doorgaat naar de afdeling ‘afwikkeling’. Als je bij de afdeling ‘bijzonder beheer’ van de bank terecht komt, dan zijn je activa – in de ogen van de bank – ineens een stuk minder waard. De bank rekent immers met een veel lagere ‘liquidatiewaarde’. ‘Stel dat je activa een boekwaarde heeft van €100.000, dan rekent de bank bijvoorbeeld maar met €40.000 aan liquidatiewaarde. Toch geeft dat niettemin onderhandelingsruimte. Het betekent namelijk dat het onderpand van de bank veel lager is dan de schuld. Dan kun je zeggen ‘weet je wat bank, ik geef je €50.000.’ Robbert begeleidt bedrijven tijdens dat onderhandelingsproces: grofweg twee maanden voorafgaand aan het faillissement tot één maand erna. Wat hij ondernemers vooral mee wil geven is dat er altijd verschillende opties zijn, ook al lijkt de situatie uitzichtloos.
Vijf manieren om schulden te saneren
Om je schulden te saneren heb je vijf mogelijkheden, legt Robbert uit. ‘Je kunt een onderhands akkoord sluiten, waarbij je bijvoorbeeld afspreekt dat je maar 40% van alle schulden betaalt. In deze constructie moeten wel alle schuldeisers akkoord zijn.’ Een tweede mogelijkheid is de ‘surseance van betaling’, een zogenaamd dwangakkoord waarbij een deel van de schuldeisers maar akkoord hoeft te gaan om het rechtsgeldig te maken. De fiscus en de bank vallen echter buiten de surseance. Dan is er de zogeheten ‘sterfhuisconstructie’, legt Robbert uit. ‘Daarbij zet je zoveel mogelijk de gezonde onderdelen in een nieuwe vennootschap; de niet-gezonde onderdelen laat je achter in het bedrijf dat failliet gaat of er vindt een turboliquidatie plaats waarbij het bedrijf wordt opgeheven wegens gebrek aan baten.’ Ook is er de ‘pre-pack’, waarbij een faillissement helemaal in de puntjes wordt voorbereid voordat het faillissement daadwerkelijk wordt uitgesproken. ‘Deze constructie wordt vaak gebruikt bij bedrijven die geen dag stil kunnen staan.’
De laatste constructie is die van de WHOA, oftewel de Wet Homologatie Onderhands Akkoord. Robbert: ‘Dit is ook een dwangakkoord, maar in deze variant wordt je bedrijf niet ingeschreven in het insolventieregister. Je deelt je schuldeisers in in verschillende klassen en je doet ze per klasse een voorstel. Er hoeft maar één klasse schuldeisers akkoord te gaan om het akkoord geldig te verklaren.’ Deze wet heeft tot doel om ondernemingen meer mogelijkheden te bieden om zélf tot een reorganisatie te komen en zo faillissementen te voorkomen. De WHOA is sinds 1 januari 2021 in werking getreden en biedt ruime mogelijkheden tot schuldsanering en bedrijfsbeëindiging.
Waar het volgens Robbert op neer komt is een ‘mindswitch’. ‘Je hebt altijd een positie om te onderhandelen. Ook als het er beroerd voor staat: het gaat erom dat je de macht terugpakt en opveert. Daarom moet je de mogelijkheden kennen om de juiste saneringsmogelijkheid te kiezen en goed voorbereid zijn.’